dat kind probeerde

•juni 19, 2010 • Geef een reactie

Ik hield mijn adem in. Zou hij voor de zoveelste keer?
Hoe vaak had ik dat zinnetje niet gehoord? En ik kon het hem toch niet vragen:
-Pa, wil je alsjeblief niet doodgaan voor ik terug ben?
-Oe lang bluv zje weg? Twjè moand, pa.
Ik kijk nog eens om – hij heeft mijn knuffels speels afgeweerd – en blaas hem een kushandje toe.
Hij lacht en wuift.
Pa, je moest eens weten. Hoe lang en hoeveel, nog steeds en voor altijd.
En toch was ik je lieveling niet, ontken het maar niet. De derde teleurstelling, wéér een meisje.
En of ik het niet wist, niet met zoveel woorden, maar een kind voelt, pa. Het weet zonder woorden.
Derderangs. En vrolijk. Dat kon jullie bekoren, de lach van het kind. Ze kon het niet verhelpen, ze was zo geboren.
Alleen bij jou vond ik genegenheid, elke morgen op je schoot ondanks de misprijzende blikken van zussen, groot en klein. Je geur, je warmte, je lijf, zonder kon ik de dag niet aan. Je porde de kachel aan, goot kokend water op de koffie, smeerde het brood terwijl moeder veilig boven lag. Met vijven beneden en alleen jou zag ik bewegen, het mes hanteren, je kop leegdrinken. Je handen, pa, ik ken ze op mijn duimpje.
Naar bed, naar bed, zei Duimelot.
Een kruiske ’s avonds met je grove duim op ons blank voorhoofd, zonder kon ik niet slapen gaan.
Ik wist het niet, niet met zoveel woorden en toch waren het er maar vier: ik had je lief, pa, al van toen ik bestond, maar ik heb jou liefde moeten verdienen.
Als enigste kind op de eerste rij tijdens de proclamatie, ja, daar keken jullie van op, ik ook; het overkwam me.
Je trouwe toeschouwer bij alle klusjes, dat was ik. Je liet de hakbijl vanuit de boom op mijn hoofd vallen. Nu nog heb ik levendige fantasieën over gespleten hoofden. Alles wat jij deed was veel interessanter dan met poppen spelen, pa, of probeerde dat kind je wens waar te maken, le garçon manqué? En deed ma er niet graag een schepje bovenop door ons kort te wieken?

Ja, je zal nog leven als ik terug ben en nee, je moet geen feest geven. Je bent geen man van feesten, je roept ze in het leven om ze te kunnen afblazen, pa.
Leven is genoeg.

alles behalve larie: Laura

•juni 18, 2010 • 2 reacties

http://www.youtube.com/watch?v=XOYZwQ8-FEE

liftterreur in rustoord R.

•juni 11, 2010 • 4 reacties

Op het gelijkvloers pluk ik  pa van zijn krant en kuier met hem liftwaarts; hij woont twee hoog.

-Doar es die klwotzak weer.

Verschrikt kijk ik pa aan en hoop dat de rolstoelgebruiker en zijn vrouw(elijke begeleidster) die zich bij ons in de lift vervoegen, beiden potdoof zijn . Hun nietsziende blik doet vermoeden dat ze de ware toedracht niet begrepen hebben of dat ze graag de schijn hooghouden. Pa kijkt nog eens boos maar keert hen ostentatief de rug toe; hij heeft mijn blik wél opgevangen.

-Verdomme, pa, wa zen da vwor woorden? Oe keun ge dat zeige terwel ze ’t keune whorren! foeter ik eens de liftdeuren zich hermetisch achter ons sluiten. Maar na zijn verhaal kan ik alleen maar hopen dat de liftgebruikers van daarnet een oorspoeling hadden gekregen, ze zouden van mij er nog een standje bovenop ontvangen hebben.

Hij toch, de man-met-de-pet- en-rolstoel. Verleden week nam hij de lift zonder begeleiding, iemand of hijzelf had zijn rolstoel achterwaarts de lift ingeduwd. Op dat moment komt pa eraan. Hij betreedt de lift, wat de andere maar matig zint, hij maant pa aan naar buiten te gaan. Pa meent dat de lift groot genoeg is waarop de andere hem een schop verkoopt. Pa komt ten val en geraakt niet meer recht, de verpleging heeft hem moeten helpen.

Ik denk dat vooral ’t laatste bij hem kwaad bloed heeft gezet.

Vallen voor d’ogen van de agressor en geveld moeten blijven liggen, op je vijfennegentig.

Juvenilis ratio

•juni 8, 2010 • 3 reacties

Ze had  eerst ‘Fronk’ gelezen want die gekruisteekte ‘a’ leek wel een ‘o’, maar toen had ze nagedacht, zei ze en besloten dat ik nooit geen Fronk zou naaien als ik een zoon had die Frank noemde.

-Proficiat, meid, dat is een knap staaltje denk-werk! Ze kijkt me verbaasd aan, dus vervolg ik : dat we allemaal (behalve ik, jaja…) nadenken, ook bij het schrijven. Door na te denken weet je buurjongen bv. dat hij ‘uil’ maar met één lus mag schrijven  maar wij – knipoog ik – staan daar niet meer bij stil.

-Maar ik sta stil.

-Je kan in gedachten ook stilstaan. Wanneer moet jij wél nadenken? probeer ik.

-Als ik een boek lees, of als ik Monopoly speel. Toen ik kind was kocht ik nooit huizen, ik vond dat te ingewikkeld. Ik zou het woord ‘ingewikkeld’  te ingewikkeld gevonden hebben toen ik kind was, maar ja, ze is nu al zéven. Geworden.

-Ik voel dat ik met jou nog veel interessante gesprekken ga voeren.

-Ik voel dat niet, hoor.

Er was eens

•juni 2, 2010 • 8 reacties

Er was eens , lang geleden een verliefd meisje dat huwde met haar Prins, ze kregen lange kindjes, bouwden een huisje, verplantten het tuintje met kipjes en konijntjes in de ren, bouwden nog maar eens een tuinhuisje, vergrootten het huisje, delfden  een zwembad uit de grond, versierden de paadjes, dat alles met hun klein spaarvarkentje. De zon scheen immer en de lucht kleurde blauw.

Op een dag dreef een zwarte wolk  ’t mannetje en ’t vrouwtje  uit elkaar. Geen enkele zaag was sterk genoeg om het huisje in twee te delen.  Er kwam een Schatter langs met een lang meetlint, die sprak:

-Zowaar, ik zeg u, dit huisje is nu met al zijn tierlantijntjes het vierdubbele waard. ’t Vrouwtje ta$$tte  diep in haar zakken en vond een dikke cent, dik genoeg om al één baksteen af te betalen. Ze toog naar het Bank-Wezen, dat sprak:

-Voorwaar, elke maand zult gij ons het Grote Bedrag brengen ofte gij nu goed ofte slecht verdient. Ze zweette en zwoegde maar was blijde met de lange kindjes aan haar zijde. Nog blijder toen Prins Twee aan de poort klopte. De zon scheen en de lucht was blauw. Ze lachten en droomden samen van een huisje in het land van Ginds.

’t Vrouwtje verkocht haar paradijsje aan lange zoon en met de rest van de centjes het droomhuis in het land van Ginds. Prins Twee en zij zwoegden en ploegden dat het een lieve lust was. Op zekere dag werd de hemel aartsdonker en blies de wind wel dertig bomen om. O, dat was triest, meende het vrouwtje. O, dat was fijn, meende Prins Twee. Meermaals deelden ze andere meningen en toen er een zwarte wolk verscheen wist het vrouwtje dat ook dit sprookje ten einde liep.

Bankroet is ze nu en boos met buikpijn, ze gelooft niet meer in sprookjes, maar moet nog wel even want:

Prins Twee en zijn nieuw prinsesje Acht notifiëren:

– Vanaf heden gaat de eerste hypotheek naar Zoon van Prins Twee en zult gij Prins Twee het Grote Bedrag storten. 

Een nieuw Thuisje zoekt ze, maar dan eentje naar haar portemonneetje: zonder zwembad, kippen of eender wat.  Zonder tuintje.

Misschien wel met zon en blauwe lucht?

bel eens terug

•mei 28, 2010 • 1 reactie

9.32u -Goeiemorgen, ik bel voor de vacatures.

-Ja, maar de persoon van dienst is in vergadering, bel om 11.30u eens terug.

11.39u: -Ja?

-Ik bel voor de vacatures.

-Tja, je zit hier bij de kiné.

-Oh?

-Daar kun jij niets aan doen, de telefoniste zal in gesprek zijn, bel terug, ik zal niet opnemen.

Ring. -Je bent weer bij de kine.

-Je zou toch niet opnemen?

-Ja, maar het duurde zo lang eer er iemand opnam, dus dacht ik dat het iemand anders was.

-Wat nu?

-Ik kan je niet doorverbinden, probeer het nog eens, nu blijf ik echt van de telefoon af.

Ring. -goeiendag, de persoon die uw oproep moet beantwoorden is momenteel in gesprek, blijf aan de lijn, goeiendag, de persoon die uw oproep moet beantwoorden is momenteel in gesprek, blijf aan de lijn, goeiendag, de persoon die uw oproep moet beantwoorden is momenteel in gesprek, blijf aan de lijn,goeiendag, de persoon die uw oproep moet beantwoorden is momenteel in gesprek, blijf aan de lijn…. Hallo?

-dag mevrouw, ik bel voor …

-Ik zal u doorverbinden.

Klik.

12.05u Ring. -Hallo?

-We werden onderbroken, kan u me nogmaals doorverbinden?

-Met wie spreek ik, waar hebt u het over?

-Oei, bent u dan met twéé telefonisten, dan had ik daarnet uw collega aan de lijn…

-Ik verbind u door.

-Dag mevrouw, ik bel voor…

-De persoon die instaat voor de aanwervingen is met vakantie, bel volgende week eens terug.

Franse WC’s

•mei 23, 2010 • 5 reacties

En toch zal het moeten. Hier afsluiten en dat wordt met de keer moeilijker, het lijkt op dralen terwijl ik niet stilsta. Vroeger – hoor mij nu, ik spreek al over vroeger – was je met twéé om de boel af te sluiten. Volgende keer moet ik maar een lijstje maken met 1: …

Wat moet er op nummer één? Afwas? Valiezen? Bloemen begieten? Zwembadfilter uit zetten? Poetsen? Tanken? Nee, dat kan onderweg. Auto inladen? Mij aankleden misschien?

Ik hul mijn Evakostuum in een jeansrok en topje, BH gooi ik in de rieten mand, er moet niets knellen onderweg. De reis op zich is al knellend genoeg, toch als je zonder papieren zit.  Bij vijfendertigenhalf verlaat ik mijn Franse stek van twee weken, sluit de groene poort en werp de sleutels in de brievenbus van de buurvrouw. Barvoets duw ik de gaspedaal in, maar dan onmiddellijk op de rem want de GPS staat nog zwart te blinken. Na vijf kilometer is het al van dattem: ‘keer om’, net nu ik de tolwegen wil vermijden. Maar ik volhard, met mijn blik op het Noorden, de zon links van mij: Westelijk, kan het niet missen.

Na vijf uren rijden willen mijn benen een strekoefening, mijn blaas een ander. Op een Franse WC?  De hoefijzervormige met een gat in ’t midden zie je gelukkig niet meer, beweert mijn vriendin die maandelijks naar Frankrijk trekt. Toch wel, hoor, meen ik, ga maar eens in Aire , ik-zeg-maar-wat -‘Le Bon Vent’, daar vin je ze nog.  Veel beter af ben je niet bij de tankstations. Je krijgt een Westers WC maar op een bril moet je niet rekenen. Knap vervelend want wie waagt zijn billen op dat koud porselein? Hoeveel spatten van de voorganger zijn er achtergebleven ? Aids ga ik er niet van krijgen en schimmels ook niet maar ik vertik het neer te zijgen op verdacht materiaal, zelf na een veeg met WC-papier. Omdat ik geen plastuit rijk ben en ik een boodschap kwijt wil, moet ik een houding aannemen die geen naam heeft. Bukken met gespreide benen benaderd het nog best maar dan wel half door de knieën als ik het droog wil houden. Terwijl ik het hoor klateren kijk ik benieuwd tussen mijn benen en even ben ik in de war want straalloos. Waar is mijn waterstraal?! Ik zak iets dieper door en ja hoor: daar op de achtrrand krijgt het porselein een andere kleurtje. Oeps! Ik richt mijn bekken een paar graden voorwaarts en dan gaat het de goede richting uit. In. Met opgetrokken slip sta ik beduusd naar de plas achter het WC te turen en meteen is het mysterie van al mijn Franse WC bezoeken opgehelderd.

– Zeg, ’t was wéér éne plas achter ’t WC!

Met grote verontwaardiging.

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

ps: Het heeft een naam: Hangend plassen!

Boven WC  hangend plassen? Je loopt een grotere kans op een blaasontsteking. Dat blijkt uit onderzoek van het Nederlandse tijdschrift gezondNU. Veel mensen met blaasontsteking blijken volgens het tijdschrift ‘hangend’ te plassen.
Risico’s
Volgens het tijdschrift is dat ook niet zonder risico’s: ook hiervan kunnen mensen blaasontsteking krijgen. Bovendien kunnen darmen en nieren extra worden belast. Door het ophouden van de plas zouden afvalstoffen zelfs via de darmen in de bloedbaan kunnen worden opgenomen.
Mensen mijden vooral contact met de wc-bril op parkeerplaatsen langs de snelweg (81 procent), bij benzinestations (80 procent), in de trein (75 procent), bij openbare toiletten in het stadscentrum of in winkels.
Alternatieven
Een groep ondervraagden kiest voor een alternatief voor de wc-bril: ze gaan wildplassen op straat of in de berm. GezondNU wijst erop dat ook die keuze risico’s met zich meebrengt: een boete van ongeveer 75 euro.
De redactie van gezondNU concludeert dat de angst voor vieze wc-brillen eigenlijk relatief is. De duwstang van een winkelwagentje is volgens het blad over het algemeen veel meer verontreinigd met bacteriën. (anp/sam)

op weg naar Ginds

•mei 17, 2010 • Geef een reactie

het twen-tijdperk

•mei 10, 2010 • 3 reacties

…De tijd dat ik een vlieg wou zijn om in de klas het wel en wee van mijn kinderen te kunnen volgen ben ik overstegen. Een vlieg ben ik nooit geweest, het is altijd een vraagteken gebleven hoe ze op school functioneerden.
Jouw eerste schooldag, Yolan,  zal ik allicht niet vergeten. Moet je weten dat jij het enige kind was dat nooit naar een onthaalmoeder is geweest. Je was nog geen drie toen je aan de schoolpoort stond met je bolle wangen en je kleine boekentas.
Lachend hand in hand. Huilend toen ik me van je verwijderde… Mijn hart brak, ik had je zo weer mee naar huis genomen. Hoeveel moeders zouden diezelfde wens niet gehad hebben?
Iemand merkte op dat ik daar met een vierde kind toch al moest ‘tegen’ kunnen. 

Net niet, meende ik, hoe meer kinderen, hoe moeilijker de eerste schooldag.
Je sprak amper een woord. ‘Jaja, dada, jes’ en zo en oma bezorgd dat je nooit zou spreken. Ik heb me er nooit druk in gemaakt, het zou wel komen. Ik kon die middag niet rap genoeg aan de schoolpoort staan. Zo gelukkig was ik je weer in mijn armen te hebben, je te kunnen knuffelen, te kunnen kussen op je beide wangen, je heerlijk lijfje te voelen. Aach, ik zoende je voortdurend, ‘k kon niet van je afblijven. Bracht je al kussend naar de school en ging je kussend ophalen, ik kon het niet laten, zo’n lekker ventje was jij. Op een dag heb ik verwonderd beseft dat ik ongeveer de enige mama was die zo omging met haar kind.
Bemoederd was je en ik schaamde me er niet voor. Jij was dat aller-allerlaatste kind, ik zou er nooit meer krijgen

Tieners heb ik niet meer, vanaf vandaag ben je twen. De eerste schooldag heb je allang achter de rug. Je bent al een aantal poorten doorwandeld, hebt paden betreden waarbij je als moeder hoopt dat het steeds recht kan blijven gaan en dat je op je pootjes terecht zal komen altijd en overal.

Mijn lieve kakkernest: een hele gelukkige en oneindig veel zoenen.

nieuw kodakse

•mei 6, 2010 • 4 reacties

-Wacht eens, ik heb een nieuwe functie bij dat camerake, je gaat eens wat zien, even stil blijven zitten allemaal. In een vloeiende beweiging gaat ie met zijn camerake van links naar rechts.

En nog iets: lach eens. Klik. Voila, ‘hij’ heeft een foto getrokken zonder dat ik op de knop geduwd heb.

Grote beer Sander, de kale demonstreert het met zichbaar genoegen.

Over zijn andere bagage heeft hij dan wel twijfels: neemt hij één of twee pulls mee, één paar schoenen en stel dat hij ze verliest, zullen ze zijn maat hebben, daar in Bali? Als je drie maanden weg bent kan er al iets mis lopen.

Tussen de regels door lees je de gemengde gevoelens: de vreugde te kunnen vertrekken maar over de sprong in het duister tijdens het laatste avondmaal bij ‘make’.

En of ik hem ga missen.

paleozooi

•mei 3, 2010 • 2 reacties

Tik ik ergens een magazine op de kop, sla een blad open en bots ik op een summiere samenvatting van het paleontologisch dieet; Ayla achterna , kortom. Geen smeerwortel stond op de lijst maar wel alles wat Ayla en Isa treksgewijs hadden kunnen vergaren zonder Brun in de ogen te kijken. Knollen, wortels, noten, groenten, mammoet-,  bizon- of sabeltandtijgervlees; dat alles was toegelaten, maar geen melk in al zijn varianten als daar zijn: de felgegeerde yoghurt, kaas én geen brood. Kan je je voorstellen dat Isa en de Stam een akkertje zouden omgeploegd hebben om dan een seizoen later die miezerige graan-, gerst-en ofte rijstkorreltjes te oogsten? Nee toch.

Och, ik kon het me zo voorstellen, je hoefde enkel primitief te denken ( en ben ik geen krak in primitive thinking, komaan, man, geef toe!) en je wist wat er op je bord mocht. En had ik al geen jaren sympathiën voor elk lid van de Stam (behalve Broud?). Ja dus. De vier boeken van Auel, niet gelezen, nee: verslonden! De vijfde weliswaar met lange tanden. En meende ik al niet jaren een kookboek op te maken met recepten uit? Ja dus. En schreef ik me niet in voor Expeditie Robinson in 19honderd-en-zoveel en eindigde ik niet bij de 18 laatste uit de 30000 inzendingen? Ja dus. En wou ik  die verdwenen lijn van mij niet terug opvissen? Mij beter, vitaler en gezonder voelen? Want ze beloven nogal wat op die internetsites die ik uitpluisde.

Met volle moed en een nog vollere boodschappentas toog ik aan de slag. Ik kocht zelfs een biefsteak. Yuk yuk, zelfs met currypoeder kreeg ik hem niet op smaak. Blussen met room was uit den boze, een petatje toe evenmin. En muesli ’s morgens ook al niet, geen toast, geen brood, ook ’s middags en ’s avonds niet. Rauwkost met noten, soep en nog eens groenten met vis, fruit, rauwkost….

En begon ik me al niet wat beter te voelen?

Nee dus, integendeel, buikpijn op de koop toe.

Mijn broodje kaas, ijsje met chocola, slagroom én fruit, jawel, smaakten me voortreffelijk vanavond.

Zonder dank.

www.be-teken-is.be

•mei 2, 2010 • Geef een reactie
Klieder kladder klodder! Klaar voor wat gesmodder?

 Ben jij tussen 9 en 12 jaar oud? Vind je het leuk om te tekenen, schilderen, knippen en plakken? Doe dan zeker mee met de grote ‘teken-het-antwoord-wedstrijd’ van de Katholieke Hogeschool Leuven en waag je kans! Wie weet prijkt jouw tekening binnenkort wel aan onze muur tijdens de tentoonstelling ‘Beestjes in ons eten’! Immers, de 30 beste inzendingen krijgen een plaatsje in die tentoonstelling. Alsof dat geen primeur zou zijn!

Super, super, super

•april 29, 2010 • 2 reacties

Een baby!

Niet van mij, die leeftijd ben ik voorbij. Gisteren geboren, vandaag krijgt het een naam. Misschien is het zaterdag hier vlakbij, in huis. Bijna een half jaar woon ik  in een appart-ement van grooooot huis bij een gezin met vijf kinderen. Aan de andere kant van het huis is nog een studio waar twee mannen wonen en tijdens de weekends ook  hun pleegkind. Die twee mannen zijn na vier mislukte adopties dan vandaag toch beide papa geworden!

Een boeleke hier. Popel, popel. Mijn fantasie slaat al op hol, ik heb zo’n flauw vermoeden dat ik mij een beetje als moeder ga profileren en ik ga me moeten inhouden of ik leg dat kind aan de borst. Als troost, hé want ik ‘moet’ binnen twee weken weer naar Frankrijk, ik kan me ginds geen werk met stuwing permiteren. Natuurlijk is er kans dat een borstvoeding op gang kan komen op latere leeftijd, dat is bekend. In Afrika is het heel gewoon dat oma’s  hun kleinkinderen troosten aan de borst en in Indië is er het verhaal van een man die borstvoeding gaf aan zijn halfwees. Mannen hebben ook borstklieren en moedergevoelens.

-’t Schijnt een flink uit de kluiten gewassen kereltje te zijn, zegt de kotbazin. En voor we het weten zitten we beiden onze kasten uit te keren op zoek naar iets om die mannen aan te moedigen. Snel een kaartje, snel een paar krabbels:

een boeleke erbij

en nog wel vlakbij

ik ben superblij

voor jullie

en ook een beetje voor mij : )

En wij twee dan stiekem in het donker naar de voordeur van de papa’s.

Kotkot

•april 27, 2010 • 6 reacties

-Ik ben ermee weg, dag! wuif ik mijn kotbaas na.

Twee minuten later ben ik terug binnen. Een paar weken terug had de Polo fratsen met een lekke band en moest de TW vanuit Frankrijk notabene opgetrommeld worden. Dat heb je dan met een Franse nummerplaten, willen ze je in België niet meer helpen terwijl je die wagen, tja, in België kocht. Een kanjer van een klinknagel in mijn band.  Intussen vervangen door vier fonkelnieuwe, maar dat ottoke staat in France la douce door die Eyafjalalala -toestanden. Dus, restte me de bus. Mijn Ford-busje. En laat me dat nu ook in steek.

-‘Klik’, deed ie ipv ‘broem-broem’. Nog eens de zoon Sander lastig gevallen én dochter met lief want met twee gingen we die bus niet aan de praat krijgen. Dochter ( de lichtste van ons allen) achter het stuur en wij duwen, dat was het plan. Maar eerst een beetje extra voeding – olie –  want na de gendarmeshalt in Parijs – een maand terug – had ie ook forfait gegeven. Sander opent als een ware kenner de motorkap  en wat ziet ons lodderig oog?

Een ei.

Eyjafjallajökull-adem

•april 23, 2010 • 3 reacties

Ik ga geen ‘make’ meer horen, geen dubbel werk meer zien verzetten, geen smoelen onder een kale kop, geen witte vlek op zijn schouders,

geen fietsers of pokers op TV, geen wijze  raad aanhoren als ‘ma, opent toch een map en schrijf daar alle gebruiksaanwijzigingen in’, geen grappen meer horen, geen  broek zien scheuren ( ze komt hersteld terug, hoor ! ), niet meer  zwemmen samen,  geen ‘slaapwel’ meer zeggen en ook niet:  ‘kruip er zelf niet te laat in, hé’, praten in mijn slaap zonder auditeurs…

Hij is weg, mét Ryanair PUF. Veel woorden hebben we er niet aan vuil gemaakt. Dag en bedankt en een heel stevige en lange knuffel. Me begraven in dat reuzelijf van hem. Van zoon nummer twee.

Na het wuiven, stap ik in en en stel mijn GPS in op thuis – anderhalf jaar geleden ingebracht – en plots merken dat thuis voor de GPS hetzelfde niet meer is. Zijn dat slimme machines!  Thuis ligt plots 58 km ver ipv 47km zoals bij de heenreis naar Pau-PUF. Benieuwd welke nieuwe thuis ik krijg maar toch niet zo benieuwd dat ik heel het traject wil volgen. Ergens wil hij me links krijgen waar het overduidelijk  echt naar rechts is, dus sluit ik dat malle ding en rij op bekende paden.

De poort openen, de auto inrijden, uitladen en eens binnen, de stilte torsen bij het tikken van de klok.  Ik duw op de knop en daar is Bob met Desire.

Actiontime!

Lakens van de zoon aftrekken, wasje en plasje doen, gang vrijmaken voor volgende maand, broek naaien, fundament terras afwerken, pinus pinea begieten, tuinafval opruimen, afspraak maken bij de notaris, onkruidvrij-zeil kopen, alleen eten,

 

France Telecom bellen met Skype en zien of Ryanair het zaterdag wil doen met of zonder Eyjafjallajökull-adem.