Zuiderse zon

– Sander, nu ga ik even rusten, waarschuw ik grote zoon na het middageten.

Zoals verwacht vindt hij me niet, roept: ‘ma, waar ben je?’

Met tegenzin , want half soezend, antwoord ik luid genoeg om  het niet te moeten herhalen:  ‘hier, op de parking , uit de wind, achter ’t busje.  Hij haalt er een stoel bij en vraagt wanneer we verder gaan werken, vandaag wou hij samen-werken. Aan de isolatie van de paardenstal. Gisteren was hij met mortel en stenen in de weer.

‘Straks’,  zeg ik met gesloten ogen en steek mijn hand uit. Alsof het vroeger was.

Samen op de sofa. Gebiologeerd kijken naar Lasse’s Hallstrom: My life as a dog.  We zien Ingémar aan de slaapkamerdeur van zieke mama. Ze steekt haar hand uit. Voor Ingémar het sein dat hij binnen mag.  Een tel later houdt hij haar hand vast.

-Dat doe jij ook, hé , mama, zei mijn toen acht-jarig kind. We zijn twintig jaar verder en net als toen neemt hij mijn hand in het zijne.  Zo’n grote ‘pol’, ruw van de glasvezels.

-’t Zijn toeren, hé make.

Make zwijgt. Laika is dood. Zij leeft nog en de zon is  gratis.

~ door pyreja op maart 27, 2010.

2 Reacties to “Zuiderse zon”

  1. Dat lijkt me een fijn moment, en de zon… jaaaaa heerlijk 😉

  2. Ja, “’t Zijn toeren.”

    Prachtig! Soms moet de tijd stil kunnen staan.

Plaats een reactie