Son(nee, toch liever niet)

Vluchtig had ik een blik op haar gegooid. Ik wist niet wie ze was, waarom ze in ’t bureau stond noch in welke functie. Er is veel nieuw voor mij daar op Eenheid xxx. Wat had ik geregistreerd? Kleine vrouw, donkerharig, kort geknipt, niet onsympathieke look. In de la vond ik de priknaalden en begaf me naar mijn patiënte. Bij de verbandtafel in de gang bereid ik de insuline-injectie voor , maar wordt onderbroken door miss korthaar met een : ‘Ben jij niet ‘puntje puntje puntje’, ik zag je naam op het bord?!’ Met de spuit nog in de handen keer ik mijn blik in de richting van de woorden, bekijk het vrouwmens eens beter als daar plots een teken van herkenning komt aanwaaien. Die ogen, zelfs nu ze lachen, alleen zij…

Ik had  ‘nee’ moeten antwoorden, zeggen dat ik ‘vraagteken, vraagteken, vraagteken’ was maar ’t was te laat.

-Son, ben jij dat!? breng ik uit. Ik wist niet of ik blij moest zijn of mocht vloeken maar dit veronderstelde een happy discovery, veel tijd om iets te uiten kreeg ik niet want vlam, daar kwam het al:

Wist je wel dat jij mijn plaats hier inneemt! Hihi.

Dat wist ik hoegenaamd niet maar wel dat ze in de klas zat van mijn ex. Blond, langharig tuig – korte benen in kleermakerszit – sigaretten rollend boven een vadsig buikje, lurkend aan het grauw blaadje om dan als volleerde – ik rookte nog niet – zwaar inhalerend quasi onverschillig deel te nemen aan het gesprek. Een jaar hoger, dus niets mee te maken, amper een woord mee gewisseld.

Ze haalt enthoesiast herinneringen op, ik probeer ook van -nee maar-Son(ja)-wat-een-toeval-en-wat-zie-je-er-goed-uit-met-je-twintig-kilo-minder.

Ik heb nog 42 gewogen na mijn zwangerschappen. Ewel ja, ook goed, ik zwijg al over het dubbele tijdens mijn zwangerschappen (maar ben ik ook niet vijf koppen groter dan jij?).

En niet te veel lelijks achter mijn rug vertellen over mij, hé, grapt ze nog snel bij ’t buitengaan.

Niet te veel of niet te weinig? Mag ik dan niks zeggen over die doelgerichte klap in mijn gezicht op die fuif? Dat was een voorrecht van mijn moeder, weet je wel en bij gelegenheden, hij hoger afwezigheid, van mijn oudste zus. Daar kon ik me als kind aan verwachten als ik me niet in tienduizend bochten wrong , maar jij, Son? Was het omdat ik bestond?!

Nee, het was een vergissing, zei je nadien,  je meende dat ik naar je lief zat te lonken. Lonken, ik?  Je had mijn voorhoofd niet ontcijferd.

Kut! wil ik naroepen.

Hoe zou dat klinken door die lange gang?

~ door pyreja op maart 14, 2010.

5 Reacties to “Son(nee, toch liever niet)”

  1. …uttutututututut?

  2. eerder een langgerekte ‘UUUuuuuuuuuuuuuuuu…’ : )

  3. de betekenaar ‘vagina’ bekt niet zo goed in dergelijke omstandigheden maar galmt dan toch veel langer na

  4. Wat nog beter bekt is oa ‘lul’ en qua nagalm kan dat vast ook tellen : )

  5. pfff, net zo goed een gesloten lettergreep, dat galmt maar zwakjes pyreja
    (pyreja daarentegen)

Plaats een reactie